Gerard Hordijk
Kermis in Parijs



Over het schilderij
Op de voorgrond zien we een vrouw in een lichtblauwe jas en rode rok die een pad bewandelt door een parkachtig terrein, waar de kale bomen en sporen van sneeuw of nat gras wijzen op een koude winterdag. De atmosfeer is melancholisch, maar ook levendig door de warme gloed van lichtjes en kleuren die uit de kermistent stralen. Centraal in het schilderij staat een grote draaimolen met een rood-blauw gestreepte tent en verlichte paarden die ronddraaien. De ronde vormen en warme tinten contrasteren sterk met de koele grijstinten van de lucht en de kale bomen, wat het werk een bijna filmisch, dromerig karakter geeft. Aan de rechterzijde, iets op de achtergrond, herkennen we de Eiffeltoren, die subtiel uit de Parijse hemel oprijst. Achter de kermis lijken nog andere attracties te staan, en de schaduwen van bezoekers geven een gevoel van beweging en leven. Hordijk staat bekend om zijn voorstellingen van stedelijk vertier, circus- en kermisscènes, waarin hij de lichtval, het ritme en de sfeer van het moment weet te vangen. Dit werk past daar perfect in: het is een spel van licht, kleur en emotie, waarin de vreugde van de kermis een poëtisch tegenwicht vormt voor de grijze, bijna sombere avondlucht.
Over de kunstenaar
Na een studie bouwkunde in Delft besloot hij zijn artistieke talent te volgen en vervolgde hij zijn opleiding aan de Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Al vroeg ontwikkelde hij zich tot een veelzijdig kunstenaar: schilder, tekenaar, graficus en decorontwerper. In 1927 vertrok Hordijk naar Parijs, waar hij ging wonen in het ateliercomplex aan de Rue du Départ, in dezelfde omgeving als Piet Mondriaan, met wie hij een hechte vriendschap opbouwde. In de Franse hoofdstad vond hij aansluiting bij het bruisende kunstenaarsleven van het interbellum. Zijn werk uit deze periode toont lichte, beweeglijke penseelstreken en levendige onderwerpen: circustaferelen, dansers, stadsgezichten en badende figuren. Toen in 1940 de Duitse bezetting dreigde, vluchtte Hordijk samen met Mondriaan uit Parijs en vestigde zich in New York. Daar vond hij, net als zijn vriend, nieuwe inspiratie in de energie van de moderne metropool. De stad, haar mensen en haar licht gaven zijn werk een nieuwe dynamiek. Na de oorlog keerde Hordijk terug naar Amsterdam, waar hij bleef werken aan schilderijen, aquarellen en wandschilderingen. Zijn oeuvre wordt gekenmerkt door vitaliteit, kleur en beweging — een blijvend getuigenis van zijn vermogen om schoonheid en menselijkheid te vinden, zelfs in roerige tijden. Gerard Hordijk overleed in 1958 in Amsterdam. Zijn werk, ooit enigszins in de schaduw van zijn tijdgenoten, wordt tegenwoordig herontdekt als een belangrijke schakel tussen de Nederlandse traditie en de internationale moderniteit van de twintigste eeuw.




