Nicolaas van der Waay

Breiend weesmeisje

Breiend weesmeisje zonder lijst
Breiend weesmeisje zonder lijst
Breiend weesmeisje zonder lijst

Over het schilderij

Professor Nicolaas van der Waay had een bijzondere aandacht voor het Burgerweeshuis in Amsterdam en in het bijzonder voor de daar verblijvende weesmeisjes. Het Burgerweeshuis heeft een lange, sinds 1580, en rijke historie en is thans in gebruik als museum: het Amsterdam Museum (voormalig Amsterdams Historisch Museum). Van der Waay vereeuwigde de weesmeisjes vele keren, zie ook het andere fraaie voorbeeld in onze collectie. In dit prachtige portret, uitgevoerd in krijt/houtskool, zien we een weesmeisje dat vol aandacht bezig is met haar handwerk. Ze heeft niet door dat ze getekend wordt omdat ze geconcentreerd is op haar werk. Het is een portret dat technisch zeer knap is uitgevoerd en het meesterschap van van der Waay goed laat zien. Het portret straalt rust, tederheid en liefde uit.


Over de kunstenaar

Van der Waay was werkzaam tussen 1870 en 1936. Van der Waay ontwierp beeldenaars (portretten) voor munten en postzegels, waaronder die van de nog jonge vorstin Wilhelmina. Ook het ontwerp van het eerste, officiële bankbiljet van 10 gulden (1904-1920) was van zijn hand. Van der Waay is vooral bekend om de allegorische voorstellingen die hij maakte voor de Gouden Koets. Zijn eerste tekenonderricht kreeg hij van L.J.H. Koopman, wiens dochter hij later zou huwen. Zijn oeuvre beslaat genreschilderkunst, landschappen, portretten, historievoorstellingen en stadsgezichten. Van der Waay studeerde aan de Amsterdamse Rijksacademie. Hij volgde daar onderwijs van 1871 tot 1875. Na zijn opleiding deelde hij enige tijd een atelier met Jan Hillebrand Wijsmuller (1855-1925), een jaargenoot van hem. In 1880 won hij de Willink van Collenprijs voor zijn schilderij Onder vrienden. Begin jaren tachtig betrokken hij en zijn jeugdvriend Ernst Witkamp (1854-1897) -die eveneens een leerling van Koopman was- een werkplaats aan het Koningsplein. Later bezat Van der Waay een atelier aan de Rozengracht. Hij dong als enige mee naar de Prix de Rome in 1883, maar vanwege het gebrek aan competitie werd hem deze prijs niet toegekend. August Allebé bezorgde hem echter een ministeriële subsidie van ƒ 1000,- voor een studiereis door Italië. Hij was ruim 30 jaar als docent aan de Rijksacademie verbonden en nam er samen met Allebé de schilderklas voor zijn rekening. Sinds 1891 bekleedde hij een professoraat aan genoemde Rijksacademie, als opvolger van Prof. Barend Wijnveld. Deze functie vervulde hij tot zijn pensionering in 1927. Een van zijn bekendste werken is Kerkgang van Burgerweesmeisjes, geschilderd rond het begin van de 20ste eeuw, dat bewaard wordt in het Amsterdams Historisch Museum. Elke zondag gingen de burgerwezen in een lange stoet van het Burgerweeshuis naar de Westerkerk aan de Prinsengracht of naar de Nieuwe Kerk op de Dam. Van der Waay maakte een reeks tekeningen en schilderijen naar bestaande modellen, gekleed in hun typische rood-zwarte kleding. Van der Waay hoorde, net zoals Witkamp en Wijsmuller, bij het geheime kunstenaarsgenootschap M.A.B.; een afkorting staande voor de initialen van de door hun bewonderde schilder Michel Angelo Buonarotti. Ook was hij erelid van de Maatschappij “Rembrandt”, Maatschappij voor Kunst en Kunstverlangenden, opgericht door Jan de Boer (1877-1946) op 28 oktober 1922 te Amsterdam. Naast De Boer waren nog 9 andere kunstenaars lid van dit verband. De Maatschappij had zich o.a. tot doel gesteld kunst onder de gewone man te brengen voor betaalbare prijzen. Van der Waays belangrijkste leerlingen waren: Lizzy Ansingh, Tjeerd Bottema, Johannes Elzinge (1915-1918), Henri Goovaerts, Harry Koolen (1922-1926), Paul Rink, Jan Sluijters (gedurende 1 cursusjaar, van oktober 1901 tot juli 1902). Werk van van der Waaij bevindt zich in vaste collectie van o.a. het Rijksmuseum Amsterdam, Museum Boijmans Van Beuningen te Rotterdam, Singer museum te Laren en het Stedelijk museum te Amsterdam.

Lees meer

Meer van deze kunstenaar